Tour de CE

Het is, 13 oktober. In een tussenruimte tref ik Olivier. We hadden elkaar een week of 8 niet gezien. ‘Hey, terug van vakantie.’ Ik kijk hem aan en lach: ‘Het was een reis :)’ Een reis, in lichaam, in geest en in gesprek. Ik wilde het, nadat ik er zoveel over gelezen had. Een foto van de Portara, ruim een jaar geleden, was het duwtje, dat ik nodig had.

Er is in die tijd veel gebeurt. De wereld is veranderd, verworden tot een angstige dikke pasta, vol regeringen, die de weg kwijt zijn. Regimes vol Angst. Regimes van Angst. Over-heden die ook mijn mobiliteit willen beperken, te meer, een reden om te gaan! Angst heb ik ervaren, bij mijzelf, bij Peet en bij alle mensen die ik sprak. Maar als je je laat leiden door angst dan heb je geen leven. Gaan. Gaan en beseffen dat de mooiste dingen gratis zijn: de mooie natuur, de mooie mensen en, heel recentelijk toegevoegd, heerlijke gerechten! Samen eten, nieuwe gerechten proberen, samen koken. Koken voor een ander. Het leven is zo mooi.

20 augustus
Als start van mijn kleine Tour de CE parkeer ik vrijdagmiddag mijn RUV voor het eerst in Wolfratshausen. Toen ik Peter vorige week belde of dat paste was hij meteen vol enthousiast. Zijn gezin was nog een weekje in Noord Duitsland en hij had dit weekend een tour met overnachting op de top gepland. Ja, natuurlijk ben je welkom. En ’s avonds, komt opnieuw, Rilke voorbij.

Ik houd van de bergen en laat me leiden door Peter. Hij vraagt telkens of het gaat waarop ik antwoord: ‘Wir fangen doch erst gerade an!‘ Later vertelt hij mij waarom hij dit doet. Hij had in het verleden hoogte vrees en heeft dit met veel moeite overwonnen. Als het spannend wordt dan spreekt hij hard op, tot mij, tot zich zelf :) Mooi.

Het is een heerlijke tocht, vermoeiend, af en toe een beetje link en overweldigend, de zonsondergang, de volle maan. Uitkijken over de bergen, slapen, onder het kruis. Hmm.

Als we de laatste meters afleggen en bijna terug bij de parkeerplaats zijn spreken we over mijn broertje. Hij over zijn vader. De parallel. Dat ik dit nu pas begrijp. Beiden, een soortgelijke ervaring. Ik moet het laten bezinken. Verklaart dat onze band? Onze wil om te gaan?

We zijn vermoeid maar maken samen nog een video om deze fantastische ervaring opnieuw te kunnen beleven; opnieuw, opnieuw, opnieuw. Fuck :)

23 augustus
Ik ben nerveus. Na een lang weekend in de Duitse bergen rijd ik door naar Bologna waar ik me tref met Matteo. Ik laat daar de auto vol surfzooi staan, voor een beetje watersport op het Gardameer, eventueel, later. Ik wil de toeristische route rijden dus vermijd de snelweg. Peter vertelt me via Garmisch te rijden en dan de Brennerpas te overbruggen. Goed idee. Ik ben nerveus, opnieuw. Heb zo’n apathie tegen regelgeving. De weg richting Brenner is mooi, in sukkeldrafje 75 kilometer per uur, door de bergen. Aan de Oostenrijkse grens vind ik niemand; hij heeft het druk. Even verder stop ik en maak een foto van de lucht; blauw met wolken. En door, richting Bologna.

Het is een lange reis door de vele stops en landelijke routes. Soms alleen, soms druk. Soms zon, soms regen. Van alles wat. ’s Avond een lekker bord spaghetti aglio olio e peperoncino? Douchen en naar bed. Morgen treinen richting Ancona. Kijken of ik daar een boottocht kan regelen en een sneltest. Spannend. FC!

24 augustus
Het is heerlijk rustig en fris hier aan de rand van Bologna. Ik sta vroeg op en geniet voor het open raam van de weide velden. De tas staat klaar. Om 08:30 neem ik de trein naar Ancona. Op het moment dat ik naar beneden wil lopen vraag ik me af waar ik de autosleutels heb gelaten. Ik kan ze 1-2-3 niet vinden. Trek alle ‘voorvakjes’ open en loop alle plekjes na. Niet te vinden. Ze moeten ergens zijn en we besluiten, vanwege vertrektijd, alsnog te gaan.
Matteo zet me af op het station in Bologna. Voor het eerst deze reis alleen op pad zonder auto. Vreemd. Ik baal van de sleutels. Zal wel goed komen. Petra kan altijd setje 2 naar Bologna opsturen later deze maand.
De verbinding naar Ancona is rechtstreeks. Ik ben nerveus vanwege een eventuele green pass die nodig is, de kosten en de snelheid en de plek alwaar, allemaal vragen. Gelukkig loopt het allemaal redelijk soepel. Na een speedmars alsnog met een gratis busje naar het ticketbureau, daarboven moet ik me laten testen en dat gaat eigenlijk erg snel, binnen 10 minuten sta ik 30 euro lichter met een ‘negatief’ in de rij voor mijn bootticket. Ik ben opgelucht. Nu nog een reis van 20 uur richting Igoumenitsa. Anna-Rita is daar nog een week en zij haalt mij morgen op. Ik fris me op, rol mijn matje uit en doe even de ogen dicht. Ik had nog wat klantvragen zien voorbij komen en die net via afgehandeld. Dat is toch mooi aan het internet.

27 augustus
Wat een explosie. Ik kom na een reis van meer dan 30 uur bezweet met de taxi aan in Imoudia. Anna-Rita en zia zitten op het terras aan de straat. Ik geef chauffeur Miklos een hand en omarm mijn nichtje. Al weer lang geleden. Ik kijk zia goed aan, ze ziet er goed uit, fragiel maar gelukkig. Ik omarm haar. Mijn laatste nog levende tante van Italiaanse zijde. Anna-Rita neemt me mee en stelt me in sneltreinvaart voor aan nog 10 vrienden waarvan ik de namen niet kan onthouden. We duiken de zee in om een half uur later een ‘apperetivo’ te nemen ter eren van de 25 jarige Valerio. Daarna de auto in naar een Grieks restaurant ergens op een heuvel. Met 15 man aan een lange tafel. Wow. Elke keer weer overweldigend. Ik ben er zo blij mee om dat te mogen beleven. Zou het met iedereen willen delen. Op dit moment zit ik met zia aan tafel. De rest is naar het strand. Gitaarmuziek op, het is 09:29.

Gisteren geleefd in een combinatie van dolce far niente en aanpakken. Tot een uur of vijf met z’n allen op ligbedden, soms tegelijk in het water, in een grote kring, pratend. Op een gegeven moment – de gesprekken in het Italiaans zijn voor mij zwaar te volgen – zoek ik wat rust en zwem richting een catamaran aan de ingang van de baai. Het water is heerlijk. Ik fantaseer over een boottocht, bij voorkeur een gewone zeilboot. Ergens door de Cycladen.

Anna-Rita wil weten waarom ik alleen op reis ben. Mijn taalvaardigheid is te beperkt om dat uit te leggen te meer ik het zelf eigenlijk ook niet zo echt weet. Vanaf het moment van mijn geboorte nagenoeg nooit alleen ben geweest. Ondanks dat ik regelmatig wordt betiteld als egoïst of individu ben ik altijd samen met mensen. De enige keer dat ik me kan herinneren dat ik me alleen voelde is wellicht toen ik in Italië op de bouw werkte en mijn eerste nacht in Brussel op ‘kot’ – Belgische bewoording voor studentenkamer – in Cartier du Nord.

Sinds de geboorte van Luca is er zo veel gebeurd en nu iedereen echt op eigen benen staat vond ik het gewoon tijd om eens op pad te gaan. Vooraf geen echt plan behalve dan ‘De Poort van Naxos’; het eiland waar ik mij voor het eerst in mijn leven echt gelukkig voelde over mijn omgeving, de plek waar ik was en de mensen om mij heen. Ik herinner me nog goed het buigpunt. Ik was door Robert en Roger uitgenodigd om met hen en nog 5 jongens mee te reizen naar Griekenland. Samen surfen en genieten. De chemie in de groep was heerlijk en ik voelde mij gewaardeerd en bijzonder. Na een lange reis via lucht en zee komen we aan op Naxos waar Marcel al een appartement had geregeld bij Maria. Al onze surfspullen mogen op het dak. De Grieken zijn zo ontspannen. De eerste avond duiken we een openlucht disco in en ik sta aan de rand. Jongens en meiden dansend. Ik sta aan de rand en vraag me af wat ik ga doen. Blijf ik weer aan de rand staan of duik ik erin. Ik kies voor dat laatste en we leren een aantal Griekse meiden kennen met wie we nog lang contact hebben gehouden; Rania en Eli. Het is het begin van een waanzinnig mooie vakantie waarbij we het allemaal goed hadden.
Enkele jaren later ben ik met Petra heen geweest. Hoewel ik dat in eerste instantie een lastige keuze vond omdat ik daar ramverliefd geworden was op Marit. Het gaf echter geen enkel probleem en ook voor ons was het een geweldig eiland als start van onze tour.
Kort na Petra’s laatste medische ingreep zijn we als gezin gaan backpacken. Low budget, het goedkoopste vliegticket dat maar mogelijk was en met de tent, op de rug. Petra, net hersteld van alle behandelingen en ingrepen. Een zeer zware, lange reis, extreem vermoeiend en dan nog de tent opzetten op een broeierige, superstoffige Griekse camping. Petra die geconfronteerd wordt met 100 jonge meisjes bij het sanitair. De eerste paar dagen zwaar, voor haar een enorme confrontatie. Zijzelf nog met zeer kort, grauwig haar en 100 Griekse vrouwen in hun volle energie. Wow, dat moet zwaar zijn geweest.
Ik neem de jongens mee op ‘inspectie’. We gaan naar het strand en de omgeving verkennen. Met de katapult schieten. Ik laat Petra met rust, alles wat ik doe valt toch verkeerd dus ik laat haar zelf herstellen. Een dag later komt de glimlach terug als ze aan het strand, in de schaduw, onder het genot van onze eerste frappucino genieten van de fantastische zee; het begin van een geweldige trektocht die we nooit zullen vergeten. Naxos was goed voor ons allemaal.

26 augustus
In de loop van de dag wordt het bewolkt en begint het, zowaar deze vakantie, voor een tweede keer te onweren en een enorme storm komt op. Vanuit het appartementje maak ik een film en wordt vrolijk van de kracht. 15 minuten later baal ik als een stekker als ik zie dat op 2 na alle parasols en stoelen van Matis zijn afgebroken. Met z’n allen helpen we hem bij herstellen maar allemaal zijn we verdrietig voor Matis. Enkele uren later staan op 3 na alle parasols weer in de grond, een beetje uit de lijn en 40 cm korter. Het ijzeren frame in allerlei bochten met kracht terug gebogen. Greek style. De natuur is zo krachtig. ’s avonds opnieuw met z’n allen op pad. Omdat de energie enkele uren was uitgevallen waren veel restaurants gesloten maar we slagen erin nog iets te vinden. Matis, zijn dochter en een vriendin komen ook mee. Opnieuw, te veel vlees voor mij maar o zo lekker. Gelukkig heb ik 3 glazen water voor gedronken zodat ik geremd wordt door omstandigheden :) Rond middernacht lopen we terug naar het appartement. Ik neem zia in de arm, met mijn telefoon verlicht ik de straat voor haar voeten. Het is een groot spektakel, 11 Italianen, 3 Grieken en een Nederlander, in een waterval van woorden door de straten. Heerlijk. Ik moet lachen.

Dadelijk ga ik joggen, ik wil zweten. Mijn Franse buurman waarschuwt me voor adders, slangen en schorpioenen. Angst. Altijd weer waarschuwingen. Ik voel de angst als hij erover begint maar ga toch echt geen bergschoenen aantrekken tijdens het joggen. Het is al warm, dikke lucht. De enorme hoeveelheid regenwater van gisteren verdampt.

Die paar woorden Grieks die ik heb geleerd brengen me niets. Ik heb ze niet meer paraat. Balen. Een brug te ver? Fckt.

28 augustus
Altijd weer die fckng achillespees, combinatie, slippers, joggingschoenen, strand, wegdek is natuurlijk niets. Dan maar geen lange afstand. Ik loop naar een mooie rotsformatie aan zee toegankelijk via een rotsachtig en modderig zandpad. De rotsen veel scherper dan op Naxos. Ik vind gelukkig een plekje onder de bomen. Het is lekker om alleen te zitten maar ik krijg mijn hoofd niet rustig. Te warm van het rennen, de zon staat al hoog. Weer zorgen over die fckng testcultuur. Over hoe ik moet testen als ik de boot vanuit Athene wil nemen naar Naxos. Testen van Peet als ze terug moet via Athene. Dit kan toch niet de bedoeling zijn! Gedachten razen. Nu is nu, dadelijk loop ik terug en open ik ‘Eva Slaapt’ onder een parasol in de zon bij familie. Dadelijk, nu, vandaag. Niet morgen.
Ik moet nog terug, moet mijn looptechniek aanpassen door Achilles. Luca en Gio zouden lachen, de eerste keer verrekt toen ik achter ze aan rende, een jaar of 8 geleden, met een fles ketchup, buiten, toen ze me nat hadden gesproeid. Ze vonden het geweldig dat ik ze toen al niet meer bij kon houden of vangen. Sneller dan pappa. Ha, kom maar op, dan lopen we 20 km, kijken wie het eerste de finish haalt moddafokkers.

Een lange dag aan het strand. Ik blijf veel in de schaduw en word toch bruin, geluk met mijn huid. Schouders licht verbrand. Ik praat een beetje met Anna-Rita en Carmine, een model Italiaan, woorden sneller dan de TGV, geen vrouw komt voorbij zonder inspectie, af en toe een sigaret en altijd in de zon. Een man vol energie, een paar jaar ouder dan ik.
Hij vertelt me hoe blij hij is dat hij mij heeft leren kennen. Dat gebeurt me altijd weer. Italianen zijn zo openhartig. Hij heeft een eigen bedrijf en levert deuren, blinderingen, zonneschermen en zanzarrieri (horren). Ik vertel hem over mijn ontmoeting met Carlo, een jaar of 12 geleden ergens in Italië. Hoe ik Carlo aanspreek op dat klote weer altijd in Italië – ce brutto tempo ce avete in Italia! – en dat onze vriendschap meteen explodeert. Carlo die helemaal gek ik op dat kleine iele witte jongetje en alles doet voor Luca.
Carmine levert zanzarrieri, hij maakt ze niet zelf. Ik denk, het zou toch zeer toevallig zijn. Carlo is namelijk producent van zanzarrieri. Synchroniciteit? Ik heb een paar keer gegoogeld: ‘Zanzarrieri producente a Milano’. Ik heb gezocht maar kon hem nooit meer vinden. Balen, ooit nummers uitgewisseld maar geen contact gehouden. Carlo di Milano. Ik moet toch nog eens opnieuw zoeken, beter mijn best doen net als vorig jaar naar mijn zus. Misschien kan ik op de weg terug een tussenstopje maken.

Anna-Rita vraagt naar Piero, die slungelige jongen die ooit door mijn vader naar Nederland is gehaald. Piero is geen familie maar toch. Hij woonde in de woning naast mijn oma in Zagarollo, toen nog een heel klein bergdorpje op een van de ’toppen’ rond Rome. Ik app hem met de foto van Anna en mij. Ik vraag hem wanneer hij eindelijk eens bij ons langs komt nu hij gepensioneerd is. Eerst Zagarollo begin oktober, wijnfeesten. ‘Wanneer precies, Piero?’ 3 oktober. Hmm. Zou wel een heel mooie tussenstop zijn. Dan zou ik van te voren een rondje nichtjes en Massimo kunnen doen. Een dagje Zagarollo met Piero, zou erg mooi zijn. Hmm. Mal sehen. Het is nog ver en ik ben dan al weer zo lang thuis weg. Grom.

’s Avonds duiken we een klein stadje in met de looks van Biarritz. Ik overdenk of ik hier nog terug kan komen met Petra. Het is heel mondaine, veel leuke, typisch winkeltjes, nog laat open. De vrouwen mooi gekleed, volstrekt anders als Amoudia.

Morgen vertrekt mijn familie terug ik reis door naar Athene met de bus. Ik neem de gitaar niet verder mee. Het is onhandig. Was David onhandig? Gvd. Het is zo warm hier en ik reis niet op de makkelijkste manier. Ik heb er moeite mee om de gitaar achter te laten bij Anna-Rita die hem mee terug neemt naar Bologna met de auto. Was David lastig. Heb ik hem altijd gezien als dat aandacht vragende broertje?

Anna-Rita en mijn broertje. Een verhaal apart. Een duo waar je niet tussen wilt komen. Ook nu nog is David altijd aanwezig. Het voelt alsof ik tussen ze sta maar heb het veel tijd gegeven. Net zoals Isabelle geen vervanging is voor David. Anna-Rita, een paar jaar ouder dan ik, stond in mijn jeugd altijd verder af. Het was lastig concurreren met David. Niet dat dat zo voelde. Wij trokken niet naar elkaar. Ik was, zeker in die tijd, veel ingetogener dan David. Later, toen mijn vader ziek werd was Anna-Rita er. Ze bracht lucht en energie in onze familie. Ook toen het gebeurde, kort achter elkaar was ze er meteen. Mijn vader, David, een paar ogen, ongekend. Alles voor Anna-Rita. Ik had het bewustzijn niet, ben zo fckng laat met alles. Heb ik ze ooit echt goed in de ogen gekeken. Heb ik echt de tijd genomen om te kijken. Sensa parole.

Carmine gaat vanmiddag terug richting Italië. Ik ga naar het strand, nog een dagje rustig aan het strand. Eva Slaapt erbij, hoe mooi dat is, een beschrijving van de gebeurtenissen in Noord Italië vanaf 1919. Dank je wel Patrick, niet het beste boek dat ik ooit gelezen heb maar geschiedkundig en beschrijvend boeiend. Wat een bijzondere tijd, wat een vreemde ‘provincie’; Alto Adige. Ik wist er echt geen ruk vanaf.

29 en 30 augustus

Ik zit op de boot. Ik ben gisteren rond de middag vertrokken vanuit de westkust, en kom 12 uur later in Athene aan. Na een dubbele espresso een beetje rond gelummeld en leuke maar ook vreemde gesprekken gevoerd. In de loop van de nacht zet ik mijn rugzakje tegen de plantenbak, matje uitgerold en ‘Eva Slaapt’ gelezen.

Om 5:30 openen de ticketsverkopers hun rolluikjes. Ze vraagt naar mijn ‘vaccinatie’ en/of test. Mijn laatste dateert van maandag dus 7 dagen geleden. Niet geldig conform de ridicule regels. Toch verkoopt ze mij een ticket. Ik schuif aan in de wachtrij voor de boot. Ik heb een extreem diepe afkeer van wachtrijen. Er wordt serieus gecontroleerd. De mensen voor me, een voor een, QR codes, papieren vliegen in het rond. Ik voel spanning. Weet dat ik desnoods een dagje langer in Athene mag blijven maar eigenlijk liever niet. Ook deze keer schiet ik er door. Het zullen mijn grote ogen wel zijn of vinden ze het eigenlijk zelf ook nonsense? Ik heb er niet het lef noch de taalvaardigheid voor om het uit te vinden.

Vrij reizen, bootje op, bootje af, zelfs in het onorthodoxe Griekenland, is er niet meer bij. Het land waar de democratie is uitgevonden. Ik heb medelijden met me zelf, met de mensen om me heen, allemaal met zo’n achterlijke halve BH voor de mond, zo fckng achterlijk! Totaal achterhaalde, volstrekt zinloze persoonlijke beschermingsmiddelen. We volgen allemaal slaafs de idioterie van regeringen. Het werkelijke IS is de TS; de Totalitaire Staat, 100% controle over de bewegingen, lichamelijk en mentaal, van elk individu.

Ik lees vannacht over het ‘social credits’ systeem in China. 2 IP camera’ s per burger. Geautomatiseerd punten tellen, totale controle. Met Colin heb ik een riedeltje: ‘als ik het kan bedenken dan kan hij het maken’. Ik heb werkelijk minder dan een graantje aan creativiteit nodig om te voorspellen waar dit toe leidt. Deze reis kan ik me nog steeds, zonder te reserveren, verplaatsen van A naar B maar dat houdt op, op hele korte termijn.

Ik heb medelijden. Het is verdrietig.
Het rottige, ik houd ook van efficiëntie en ik ben als halfbakken organisatiedeskundige annex IT’er een fan van meting, vastlegging, analyse en bijsturing maar het maakt alles vierkant en haalt die mooie rondingen ons leven.

Zoals mijn buurman Vasilli gisteren in de bus al zei: ‘Griekenland heeft te veel bergen en dalen om voordelig een efficiënt spoorwegennet te realiseren’ dus verplaatsen we ons slingerend over rijkswegen per bus. Minder snel, dat wel, maar waarom haast? Ik weet het antwoord, ik weet waarom iedereen haast heeft.

4 september
Ik ben nu een dag of 4 op Naxos. Mijn kleine tentje opgezet dat ik op de valreep voor 25 euro kocht bij de Decathlon. Helemaal goed, in 2 minuten opgezet. Een tentje, niets meer, niets minder. Op deze camping hebben ze heerlijke overkappingen voor alle tenten dus altijd schaduw. Ik houd van de zon maar heb geen haast. Ik wil niet smeren, heb een hekel aan die rommel dus gewoon rustig een kleurtje opbouwen.

Het is vreemd om alleen te tenten maar aan de andere kant ook heel rustig. ’s Ochtends jog ik een paar kilometer op en neer de zandweg en daarna een beetje zwemmen in de zee. Ik weet nog goed hoe vorig jaar de jongens helemaal verliefd werden op het water, de helderheid en de rotsformaties. Het strand is nu behoorlijk verlaten, het aantal ‘parasolletje-tafeltje-ligbedjes’ is minimaal. Ik ben er ’s ochtends en rond een uur of 4, dan neem ik plaats in de schaduw achter de strandwachttoren. Jenny is de strandwacht en ze is blij om wat aanspraak te hebben elke dag. Vandaag leer ik haar de hoofdstand :)

Ik wil surfen. Het moet. Ik merk dat ik angstiger ben geworden, een proces dat al jaren aan de gang is. Ik wil er niet aan toe geven. Eergisteren ben ik gaan kijken op de spot. Het zag er niet spectaculair uit, een beetje rottig met wegkomen omdat de wind in 45 graden aflandig is dus een luwte de eerste 100 meter aan het strand. In combinatie met golfslag, zonder druk in het zeil gewoon lastig wegkomen. Ik heb echter geen zin om naar een andere spot te gaan, deze ligt op 10 minuten lopen van de camping. Het is.

Ik heb nooit veel aanleg gehad voor deze sport

Gisteren trek ik dan toch mijn stoute schoenen aan en boek 10 uur surfmateriaal. Ik ben nog 2 weken hier dus dat komt wel op. Fabio presenteert me een waveboard en het 4.7. Lijkt me ok. Voor het eerst dat ik op materiaal vaar dat geen 30 jaar oud is. Weinig bolling in het zeil, ik wil meer maar het is niet nodig aldus Fabio. Er is verder niemand op het water en hij wil dat ik ver in zee ga in verband met de enorme stroming. Ik baal en ben nerveus. Ik moet inderdaad een heel stuk uitzwemmen om op de plank te komen. Daarna is het fckng rommelig, rommelige golven, rommelige wind. De voetband is defect dus ik kom er niet goed in. Het zeil te vlak en ik moet wennen aan de stance van de trapeze touwtjes. Ik vaar ver uit. Totaal niet relaxed varen. Ik klap in het water en moet wel 10 x water starten voor ik weer op de plank kom, zo fckng buiig. Het lukt maar de wind maakt het me moeilijk. Met moeite kom ik, zwaar afgevallen, aan land, op het nudistenstrand :) Ik loop op richting surfspot en houd het voor gezien. Morgen weer. Vandaag dus, weer. Iets minder nerveus maar nog steeds. Ander board, slalom in plaats van wave, meer bolling in het zeil. Het moet. No fear.

Op de camping is het rustig. Ik ontmoet Tim, een gekke Ier van mijn leeftijd. We ontmoeten elkaar in een soort van gemeenschappelijke ruimte waar WIFI en energie is. Je komt hier om je zooi op te laden en te internetten. Het is een pezig mannetje die veel documentaires kijkt en net zo veel biertjes drinkt. Hij mist in een tand, problemen met de kroon, zo vertelt hij me een paar dagen later. Ik probeer er op in te gaan en ’s avonds praten we het een en ander. Een man met sterke verhalen. Militair, vreemdelingenlegioen en Mount Everest. Hij laat me foto’s zien hoe hij in kamp 1 zit (5.900 meter). Hij heeft veel gereisd en is een grote fan van Nepal. Voor mij hoeft dat niet meer. Ik hoop een dezer jaren Peak Lenin te kunnen doen (de makkelijkste 7000 berg). Misschien gaat Oscar mee?

Het valt me verder op dat de mensen behoorlijk op zich zelf zijn. Relatief weinig gegroet. Ik blijf het echter doen en gaande weg de dagen merk ik dat ze mijn groet enthousiaster beantwoorden. Wat is er met de mensen aan de hand. Als mensen helemaal in hun telefoon duiken tijdens het lopen dat groet ik niet meer.

Surfers onder elkaar gaat wel goed. Het zijn allemaal Duitsers en die praten honderd uit. Over de wind en alles wat volgt. Surfers zijn altijd relaxed. De Duitsers zijn echte materiaalfreaks, dat was 30 jaar geleden al zo en nu nog steeds. Hij vertelt mij ronduit over zijn gebroken giek en hoe hij bijna 600 euro uitgaf aan een nieuwe carbongiek. Terwijl hij het vertelt kijkt hij achterom of zijn vrouw het niet hoort :) Ik zelf vaar met oud spul, vervang pas als het kapot gaat. Boeit me niet. Het gaat erom dat ik op het water sta. Hard rechtdoor kan iedereen. Als ik planneer en ontspannen in de touwtjes hang ben ik gelukkig. Dat ontspannen hangen gaat hier onder deze omstandigheden niet lukken. Vechten.

De wind houdt aan, zover Windfinder mij kan vertellen. Het is een permanent geruis op je oren. Ik heb er niet zoveel last van. Mijn buurman Vagu wel, hij heeft er koppijn van. Uit de wind blijven is hier moeilijk. Dopjes in je oren. Mijn rechteroor zit al verstopt sinds ik aankwam op Griekenland. Alles geprobeerd, krijg het er niet uit. Heb geen zin om naar een oorarts te gaan. Gisteren watten gehaald bij de receptie, beetje olijfolie erop en het oor in. Rustig, ben nu half doof. Was vannacht wel even lekker.

Ik lees en volg het nieuws, mijn nieuws. Het nieuws van de bronnen die ik volg. Ik krijg zo veel informatie waaruit blijkt de de regering foute keuzes maakt. Nu willen ze net als in Frankrijk en Italië mensen zonder injectie de toegang verbieden tot cafés en restaurants. Ze noemen het geen verplichte vaccinatie maar ze doen er alles aan om dat toch af te dwingen. Het is in strijd met de rechten van de mens, de Neurenbergcode, de rechten van het kind. Het is misdadig. De regering is misdadig. De Jonge en Rutten zijn misdadigers, een gevaar voor de mensheid. Ik kan het niet loslaten. Niet voor mijzelf maar voor Luca en Gio en al die andere jongeren en gezonde mensen. Je mag een geneesmiddel conform diverse wetten alleen toedien als het in het belang is van de betreffende persoon! Kinderen, jongeren en mensen onder de 40 hebben er 0,0 belang bij en ook de fitte mensen zoals ik over de 50 niet. Het is misdadig om als arts mij een injectie toe te dienen waar ik geen belang bij heb.

Ik wist dat ik dit onderwerp ook op reis niet los kon laten. Het is gewoonweg te misdadig en volledig tegen mijn natuur. Alles in mij schreeuwt en ik probeer rustig te blijven.

Ik weet nog hoe heel erg lang geleden, nog op de lagere school, iemand mijn moeder beledigde. Ik was echt geen sterke jongen maar die gast heeft het moeten bezuren. Kom niet aan mijn naasten. Ik mag alles over ze zeggen maar jij moet niet aan ze komen. Die woede voel ik nu opnieuw. Als een van de jongens zich onder druk laat injecteren met dit experimentele goedje en ik bemerk dat dit consequenties heeft dan sta ik niet voor mijzelf in. Ik, ben, woest.

Het is 11 uur. Vagu, mijn buurman komt even een praatje doen. Hij heeft plannen en ik geef hem wat tips. Maak de accenten duidelijk. Vertel hem over nichemarketing. Hij gaat met zijn vriendin wat dorpjes bezoeken. Ik ga nog even wat klantvragen beantwoorden en verder met installatie bureau Krelo.nl. Ik verheug me op mijn eerste cappu en het ontbijt. Ik vind het jammer dat ik de gitaar achter heb gelaten bij Anna-Rita. Lezen blijft prikkelen, gitaren maakt rustig. Het is.

6 september
Het is maandag. Normaal gesproken het begin van de werkweek. Ik kom niet op gang. Ga vroeg naar een klein kappelletje op een rotsformatie aan zee. De wind beukt. Ik heb geen zin in yoga zo vol in de wind en kom niet verder dan een paar asana’s en wat rekken en strekken. Ik luister de laatste podcast van Jensen en lig weer in een deuk. Ja, erom lachen maakt het dragelijk. Ik wil een cappu drinken maar heb geen water meer. Vanuit de supermarkt zie ik Jenny, de plaatselijke lifeguard. Ik koop een groot croissant en bied haar een deel aan. We praten een tijdje, over haar plannen. Haar favoriete kleur is rood en ze vind een Rangerover erg mooi :) Ik wil wat schrijven voor Krelo. Als ik opsta baalt ze, ze werkt hier nu al 3 maanden, elke dag, van 9 tot 18 uur, onafgebroken, in haar uppie op de toren, turend over het strand en water. Dat moet je ook maar kunnen. Ze vertelt over de jongens die voorbij lopen met brillen, tassen, armbandjes en handtasjes. Nice guys. Ja, inderdaad, een paar dagen geleden sprak ik met een jongen uit Bangladesh, hij slaapt ergens achter mij op de camping. Wow, wat zijn wij toch maar gelukkig geboren in dat stinkrijke Nederland. Vanochtend spreek ik hem aan. ‘It’s a bad day.‘ Veel wind, enkele wolken, wat frisser dan normaal en het eind van het seizoen. Ja. Ik begrijp het.

Net als ik wil beginnen met schrijven belt Remie. Ik word altijd zo vrolijk van die gast en ben blij dat hij belt. Hij is geweldig recalcitrant. Onze vriendschap is ooit ontstaan via een boottochtje met Exact Software, een jaar of 25 geleden zo ongeveer. Hij vertelt me over mijn teksten. Dat hij zo in een deuk ligt om mijn woordkeuze. ‘Die man houdt zich zo ontzettend in!’ aldus Remie. Ik lig in een deuk. Hij kent mij. Bij hem kan ik vol uithalen in alles wat in me zit.

Gisteren miste ik de gitaar. ’s Nachts had ik een uitwisseling van woorden met Cor. Ik was enorm verbaasd over zijn ideeën, op dit moment (ja, ik weet Peet :). Ik ken hem als een heldere, eigenzinnige geest. Hoe dan ook, een gave kerel. Ten aanzien van dat-wat-speelt staan we echter volledig tegenover elkaar. Een ding verbind ons en dat is onze angst. We houden het rustig, ik probeer niet mee te gaan in zijn woordkeuze. Hij is op Corsica. Daar wil ik ook nog naartoe, de mooiste duikstek van Europa. Mijn oor zit nog steeds dicht, al een dag of tien. Duiken is niet zo wijs op dit moment. Een ander keertje.
Nu wil ik kijken of ik de 2 belangrijkste opnamelocaties van Le Grand Blue nog kan bezoeken. Van Francisca hoor ik dat dit niet, zoals ik dacht Santorini was maar op Amorgos, een klein boottochtje hier vandaan. Ze vertelt me over dit fantastische rotsachtige eiland zonder vliegveld. De andere scene speelt zich af rond om Taormina. Ze zegt dat ik daar makkelijk naar toe kan rijden vanuit Bologna. Beter dan per boot.

Ik miste de gitaar en dacht erover na hoe ik nu kon stoppen met denken. Ik was ook gisteren vroeg wakker en loop naar zee. De wind nog rustig. Ik vind de mooie rotsformatie waar ik 3 of 4 jaar geleden met Luca en Gio naar toe ben gegaan. Op inspectie, toen Peet zich helemaal klote voelde, kort na aankomst op Camping Maragas. Katapult mee en wedstrijdje flessen schieten. 10 pushups voor de verliezer. Wat hebben we daar genoten met z’n drieën, lol, en een dag later, met z’n vieren :) Nu ga ik er naar toe om te zijn. Ik vind een vlakke rots en denk ‘waarom niet’ en start met de openingshandeling van wat volgt, een uurtje yoga met Kiran vanuit mijn geheugen. Het is geweldig. Er is niemand, voor mij de zon die zich laat zien vanachter de rotsen. Achter mij de zee die komt en gaat. Lichte wind.

Ja, als het niet gaat zoals je wilt dan moet je zoeken naar alternatieven. Op het moment dat ik de gitaar bij Anna-Rita achterliet was dat de juiste keuze.

Als ik een uurtje later terug naar de camping loop spreek ik een wat oudere vrouw aan die aan het ontbijten is in een gezamenlijke ruimte. We raken aan de praat in een geweldige combinatie van Engels, Frans en Italiaans. Ze is ook alleen op reis en staat in een net zo klein tentje als ik achter mij. Ik merk dat het gesprek haar goed doet, net als mij. Ze wordt helemaal vrolijk. Ik wilde eigenlijk van mij af schrijven maar een gesprek is natuurlijk altijd beter. Dus vandaag. Het is al 12 uur als ik opsta omdat ik trek begin te krijgen. Brood en cappuccino.

In de middag ga ik toch surfen. Ik blijf angst voelen. Ik weet nog goed hoe ik een jaar of 10 geleden met Oscar op zee ben gaan surfen toen het poeierde, 2 keer op en neer en totaal verzuurd. Als je onervaren bent met het surfen op zee dan kost het onstuimige water veel energie omdat je vaak moet corrigeren. In combinatie met onzekerheid verkramp ik. Eergisteren had ik voor het eerst met 7 Bft. gesurft en moest diep de zee in. De eerste draai natuurlijk het water in en daarna fckng veel moeite om te water-starten. Lichte paniek want de stroming is enorm en in die lijn ligt 2 keer een rotspartij midden in het water. Met veel moeite kom ik heel ver afgedreven aan land. Meteen genezen. Armen lam. Na een dag rust toch weer geprobeerd. Aanpassingen gedaan in de setup, meer drijfvermogen in het board, iets ander zeil, giek wat lager en natuurlijk iets meer kracht in mijn armen. Dat kan nog steeds snel. Ik kan een uurtje heerlijk surfen en kom moe maar voldaan aan wal. Niet afgevallen maar zelfs opgekruist. Geen geslaagde duck laten zien, vandaag, wellicht :) Ik ben een enorme fan van de duckjibe, eigenlijk een heel natuurlijke manier van draaien. Ik ben blij dat ik gegaan ben. Op de club leer ik een jongen kennen met een Nederlandse moeder en Griekse vader, hij werkt als hulp-kok op de beachclub van het watersportcentrum. Vette ogen, gave krullen. Als je alleen reist en je wilt dan kun je veel leuke gesprekjes aanknopen. Van iedereen leer ik wel wat.

Als ik terug kom op de camping scrol ik door het nieuws. Ik zie dat Max heeft gewonnen in de optocht van De Jonge. Het was minstens zo druk in Amsterdam waar de wappies zich verzamelden voor een protest tegen het overheidsbeleid. De MSM spreken van ‘meer dan 10.000’ bezoekers, de politie van 230.000 demonstranten. Ik zie een ‘static cam‘ van 1,5 uur op de passerende massa. Ja, het waren er meer dan 10.000, daaraan is niets gelogen en valt niets tegen in te brengen. De MSM is hilarisch. Nee, doe mij dan maar de analyses van De Hond en de Dansleraar. Gisteren was een fantastische dag. Ik sta niet alleen.

Ik ga wat schrijven, Mijn PSP account geeft voor vandaag nog € 0 aan op de teller dus moet ik zelf aan het werk. Het geautomatiseerde geldmachientje is nog niet zo wakker, vandaag. Ik denk dat ik een e-mailing de deur uit moet doen en een beetje aandacht vestigen op Loommania, Diamond Painting, Kendamashop of 3Dselfieshop.nl. Die laatste doet het de laatste maanden beter en beter. De goede SEO ranking helpt, de ideale geldmachine, hij verkoopt poppetjes en Ahmet print ze voor me uit en stuurt ze op. Ja, daar zou ik meer gas op moeten geven.

19 september
Vanochtend was ik vroeg uit bed. Ik wil naar Delphi, naar de tempel van Apollo met de tekst ‘Ken Uzelve’. Naar het orakel van Delphi voor advies :) hoewel ik eigenlijk geen vragen meer heb. Ik ga naar het centrum van het universum … nu ik er toch ben. Ik heb wel mijn eigen idee over het centrum van het universum :)

Ik had niet geboekt – ik houd niet van plannen – en heb geluk; er waren nog 2 plekjes vrij, voor mij en mijn ego. Ze wil me 90 euro rekenen maar ik lul het omlaag naar 70, ‘i’m a poor student.’ met een grote glimlach doet het goed.

Ik zit naast Rolf, een 72-jarige Amerikaan met grote verhalen die natuurlijk meteen wil weten waar ik vandaag kom en hoe ik mijn geld verdien. We lachen als ik hem vertel dat ik ‘Drugsdealer’ ben. Gaande weg valt hij eigenlijk wel mee. Soms moet je mensen de tijd geven. Hij is goed belezen. Voor mij zit een Portugese schone die chips eet als ontbijt met hier en daar een tattoo. Ze luistert mee maar zwijgt, heel wijs. Gaaf.
Rolf vertelt over de beroemdheden die hij kent, zijn beleggingen, zijn werk, zijn vrouw, zijn hond en de boeken die hij leest. Hij is een groot fan van Bob Dylan (heerlijk weer die synchroniciteit) en danst; danste .. BC. Dat dansen van hem vind ik nog het meest bijzonder, hoewel wij ook de liefde delen voor sciencefiction. De BORG kende hij nog niet, dat was verrassend. We Are Borg, You Will Be Assimilated, Resistance Is Futile. Hij vertelt over kunstmatige intelligentie. Dat mensen kunnen chatten met hun overleden partner, via een chatbot, gevoed met brieven uit het verleden in combinatie met de resultaten van Search en Social. Dat in een aflevering mensen zelfs kunnen videobellen met hun overleden echtgenoot en tot slot een doos krijgen toegestuurd met onderdelen die ze in een bad kunnen gooien waarvan uit dan een kloon – clown – ontstaat. Ik vertel hem over Hollebeque. Hij kende deze Franse eigentijdse filosoof nog niet. Het thema klonen wordt gedetailleerd beschreven in zijn boek ‘De Mogelijkheid van een Eiland.’ Ik hou van eilanden.

Delphi is een klein stadje in de bergen met een enorme historische lading. Het is de plek waar de tempel van Apollo staat met de inscriptie ‘γνῶθι σεαυτόν‘. Het is de stad van het Orakel, de historische variant op de consultant die antwoord geeft als de mythen geen verklaring konden bieden op onverklaarbare gebeurtenissen. Het is ook de plek waar de navelsteen is gevonden; het centrum van de aarde, aldus Zeus. Drie redenen voor mij om heen te gaan naar die mooie plek ergens hoog in de bergen.
Ik loop een souvenirwinkel in en vraag naar heel kleine navelsteentjes (formaatje knikker). Ik wil er 11 kopen. De eigenaar kijkt me aan alsof hij het in Athene hoort onweren: ‘I work 40 year in this giftshop and nobody ever asked.’ Heerlijk, hij gaat helemaal uit zijn plaat. Ik leg hem uit wat mijn idee achter deze vraag is. Hij kan nog lachen en ik geef hem een hand nadat ik een replica van de navelsteen die in het museum staat heb gekocht. Een mooie bewerkte vorm, modelletje bijenkorf. Hmm.

20 september
Vandaag scheiden onze wegen zich. Egor gaat met de boot naar Santorini en ik blijf nog even hangen. Wil na 3 volle, warme dagen in en om Athene en het goedkope hostel een beetje afstand van de energie. Tegenover mij boek ik voor 35 euro een hotelkamer die er werkelijk fantastische uitziet. Heerlijk, eigen douche, schone vloer en toilet en een geweldig trappenhuis. Dat marmer is zo mooie en doet me denken aan de vele keren dat ik op de flats woonde bij mijn familie in Rome. Nostalgia. Ik kan er heerlijk werken, doe mijn boekhouding, handel klantvragen af, koop wat zooi in en regel bankzaken. Nu wil ik schrijven. Even mijn blog bijwerken, een tekst voor Hijink, een tekst voor Loommania en een e-mailing die ik al klaar heb staan de deur uit jassen voor FirstOnline.

Dadelijk ga ik nog een keer omhoog richting Acropolis. Het avondleven op het plein ervoor is energiek. De tempel zelf heel rijk uitgelicht en ervoor heel veel live muziek. Het is een graad of 27 ’s avonds. Overdag ver over de 30. Morgen wordt het koeler. Ik moet nog beslissen hoe ik mijn reis vervolg. Het wordt een last minute call. Zo veel mogelijkheden. Zo ontzettend veel bestemmingen nog te doen, Catania, Taormina, Palermo, Rome, Bologna, Garda. Ik weet het nog niet. Vliegen, bus, auto, boot. Ik weet het nog niet. Ja, soms weet je het niet.

Net een beetje verstoord door weer de zoveelste idiote maatregel. Nu in Oostenrijk, compensatie gedrag voor het ‘ontstaan’ van de golf anno 2019. Met FFP2 maskers de skilift in. Hilarisch, ik zie een nieuwe rage, allemaal met zo’n 45 graden gekantelde Donald Duck snavel op. Kwak, Kwak. Kwak. Het gaat mij te ver. Ik overleg met Peet. Dat Kaprun voor mij dan niet hoeft. Ik tekst mijn vrienden, dat ik Obertauern dan ook laat schieten of, zoals het mij altijd bevalt, last minute. Maar Peet heeft een idee; Tsjechië. Dan rijden we gewoon een uurtje verder. Scheelt ook een hoop euro’s.

Snappen de regeringen dan niet dat de mensen die zich niet willen laten prikken in de regel over een veel beter immuunsysteem beschikken dan alle geprikten bij elkaar. Zijn ze vergeten dat de zogenaamde coronadoden 82 jaar gemiddeld zijn mét onderliggend leiden. Man man man, wat hebben wij toch een gestoorde regeringen. Hier in Griekenland moet dadelijk iedere ongeprikte zich 2 x per week laten testen tegen betaling van 10 euro. Als je weet dat heel veel mensen hier moeten rondkomen van een minimum van rond de 600 euro dan snap je dat dit niets met vrijwilligheid te maken heeft. Dit is dwang.

Arghhh, fck. Wat is ook al weer mijn favoriete kleur. Ik wisselen van gedachte met Peter, die er totaal anders in staat. Zijn lievelingskleur is groen, die van mij geel, neigend naar oranje.

Ik zal Egor wel missen, Ik ben blij dat ik hem hier ontmoet heb. Hij maakte mijn verblijf in het hostel aangenaam. Eergisteren sliep beneden in het stapelbed een werknemer van de Akropolis. Hij sliep en leefde 8 maanden in dit hostel voor 8 per nacht. Geen privacy. Vreemd. De volgende dag heeft hij een andere kamer met een klein balkonnetje, zodat hij in ieder geval buiten kan zitten.
’s Avonds valt een Albaan onze kamer binnen, letterlijk. Redelijk van de wereld. Zeer vreemde gozer. Je laat op zo’n kamer niets achter. Egor en ik gaan op zoek naar wat te eten en entertainment. Als we terug komen valt de Albaan opnieuw binnen, op zoek naar Marie Jane. Als ik de volgende ochtend onder mij kijk ligt hij half om half met de kleren in zijn bed. Een beetje triest. Hij had enkele maanden op Mikonos als valet gewerkt voor de rich and famous. Als ik een ding keer op keer besef dan is het wel dat ik gelukkig ben geboren. Zo, nog even een tekst maken en dan ga ik genieten van Acropolis by nightsamenklank – en bepalen wat ik morgen ga doen, hoe en waar naartoe?

γνῶθι σεαυτόν

Vanavond neem ik weer tijd om Grunberg te lezen: ‘De Geschiedenis van mijn Kaalheid.’ ooit geschreven onder pseudoniem. Egor is fan van regisseurs, ik van schrijvers. Ik verbaas me keer op keer over zijn scherpzinnigheid, alsof hij mensen volledig doorziet. Ik vraag me vandaag via Wim af of ik me zorgen moet maken omdat ik graag van hem lees maar doe dat niet. Ik kan gewoon enorm met hem lachen. Maar goed dat ik die gast nog niet persoonlijk tegen het lijf ben gelopen, hij zou niets van me over laten: γνῶθι σεαυτόν, gnōthi seauton.

Ik kijk naar mijn scherm. Alle applicaties geminimaliseerd. Ik zie de poort van Naxos als achtergrond. Ja, het is tijd om die te vervangen. Wat wordt de volgende reis. Voettocht naar Rome, Peak Lenin, Portugal, op de KTM door Oekraïne, duiken in Kroatië, Aruba – zoals beloofd – of toch dat vrije val brevet? Heerlijk, zo veel mogelijkheden, ik ben gelukkig geboren. Eerst nog maar eens bepalen wat ik morgen ga doen . Of ik nog 2 weken verleng voor een bezoek aan Taormina en Rome of langzaam noordelijker ga, via Bologna, Garda terug naar Nederland, waar het Peet ‘r Pad op me wacht.; we zijn pas op de helft. Ja, ik vervang de Portara voor een tentje in de avondzon, op mijn desktop.

21 September
Ik wilde graag naar Taormina, gewoon, heel idioot, vanwege een geweldig film die voor een deel daar opgenomen is. Niet terug zonder een ‘Spaghetti del Mare!’ ‘Mamma Mia.’ Oscar vraagt hoe lang ik nog blijf. Ik weet het niet. Hij wil de Vesuvius zien en Palermo. Hey, dat is een goed idee! De vreugde is echter maar van korte duur want hij kan pas begin oktober en dan wil ik toch echt thuis zijn, maar, hij heeft me geprikkeld. Natuurlijk, de vulkaan. Ik vraag Olaf om hulp, hij heeft veel van de wereld gezien. Ik vertel hem mijn plan en hij komt met tips.

‘De Eolische eilanden met de actieve vulkaan op Stromboli.’ Zo fckng logisch, waarom een dode vulkaan bezoeken als er een levende is, op 10 km afstand? Ik ben blij dat ik hem even gevraagd heb en boek zojuist mijn vlucht naar Rome. Donderdag om 18 uur. Ik baal. Het voelt alsof ik al heel lang weg ben hoewel het eigenlijk pas een maand is. Contact met Peet, Luca en Gio is summier maar goed.

22 september
Het is, 22 september, mijn laatste dag Athene. Gisteren heb ik een ticket naar Rome geboekt waar ik blijf logeren bij Massimo, Fiorenso en zijn broertje Fabrizio die tijdelijk bij hem woont. Hij vraagt of ik moeite heb om bij Fabrizio in bed te slapen. Nee, natuurlijk niet. Ik heb zo vaak bij deze jongens geslapen dat het normaal is.
De laatste dagen ben ik veel binnen gebleven, ik had de rust nodig. Even niet communiceren. Veel online geweest. Veel korte stukjes geschreven en doorgeplaatst naar mijn tijdlijn. Ik kon dat wat speelt niet loslaten. Moest en moet erover blijven schrijven. In de namiddag wil ik toch nog een keer Athene in. Ik ga zitten op een druk plein en laat alles om mij heen gebeuren. Daarna loop ik nog een keer toe op de Akropolis waar iets moois ontstaat, een diialoog tussen een celliste en saxofoon sopraan. Het gebeurt voor mijn ogen, ik, ben, er, bij. Een van de mooiste ervaringen, dat ik daar ben, precies op dit moment, betoverd, zoals ook toen, een maand geleden, hock auf dem Demeljoch; zon en volle maan. Ik ga door, alle wegen naar Rome :)

23 september
Het geroezemoes van Rome. Ik ben zo ontzettend vaak in Rome geweest dat het voor mij als een tweede thuis voelt. Zodra ik het eerste Italiaans hoor op de luchthaven, de geuren, het verkeer, de ruimte, mooie mensen, de stijlvolle horeca, Fiatjes 500 van weleer, nog steeds. Mijn stad.

Ik overnacht bij Massimo en zijn vriend Fiorenso. Massimo is de zoon van mijn oudste nichtje Renata. Ze staan buiten als ik Ciampino uit stap, een luchthaven met de meest fancy wastafels ever. Een tochtje richting flat voelt als een bord spaghetti dat over tafel schuift.

Hij vraagt wat mijn plannen zijn. Ik vertel dat ik ze niet heb. Dat ik in ieder geval het Colosseum weer wil zien vanwege een familie momentje lang lang geleden. Hij stelt voor zaterdag richting Abruzzo te rijden. De moeder van Fiorenso woont daar in een bergomgeving. Natuurlijk, doen we! En na het eten duiken we nog even Rome in. Natuurlijk! Ik ben moe maar Rome in de avond sla ik niet af.

Ik wist dat het een groot open lucht museum is maar zo ’s avonds, de enorm brede straten bijna leeg, overweldigend. Het centrum is een aaneenschakeling van monumenten. En het is rustig! We lopen gewoon dwars over de breedste straten. Ik verbaas me over het enorme verschil met het compacte Athene. Waar Rome extreem ruim is opgezet krijg je in Athene geen lucht, behalve dan op de Akropolis. Hoe kunnen die twee oude steden zo van elkaar verschillen? Dadelijk duiken we de stad weer in. Ik heb zin in goede koffie.

Ik lig nog in bed, luister naar de geluiden van de straat die door de louvre deurtjes binnen komen. Bouwvakkers renoveren een gebouw. De beitel hamert, geluiden van de bouw zoals ook ik ooit hier in deze stad 2 maanden al cantiere heb gewerkt. Ja, een panino con la porqetta wil ik ook weer proeven, een Romaanse delicatesse.

27 september
Ik ben met de trein onderweg, een lange rit van Rome naar Taormina. De plek waar ik Spaghetti del Mare wil eten in dat ene restaurant. Napels ligt inmiddels achter me, Salerno voorbij. Door naar Taormina.

Ik begon deze reis met ‘Eva Slaapt’; een historisch verhalende roman over de regio Alto Adige en de lange treinreis van Eva naar Palermo op kerstavond. Vanochtend schiet me ineens te binnen dat ik nu diezelfde meters maak als Eva, een van de vele gebeurtenissen die samen vallen of zich verbinden. Massimo heeft allemaal pakketjes met lekker brood gemaakt en koekjes meegegeven. Bijna komen we te laat op Roma Termini maar Fiorenso imiteert Alonso en we zijn op tijd. Ragazzi, t’ingrazie. A doppo. En doppo wordt het inderdaad als ik een dikke week later nog een keer bij ze overnacht.

Vanochtend, met de auto door Rome, Fiorenso roept: ‘Io ho sbagliato il senso’. Ik heb de verkeerde richting genomen. Senso. Sens. Non-sens. Geen richting. Senso unica, 1 richting.

Tien uur later ben ik aangekomen in een hostel in Taormina. Na het samen eten duikt het gesprek de diepte in.’What is the sense of death of a young mother in a war?‘ Een Koreaanse, een Duitser, Een Italiaan en ik, elkaar zojuist ontmoet. Ze antwoordt zelf: ‘It does not make sense!

Sense, nonsens. Sin. Sinfull. ‘Why are we all born sinners?‘ Markus licht toe.

De Koreaanse vrouw stelt vlijmscherpe vragen aan Markus. ‘Waarom wil god bewonderd worden?’ Hij kan op deze vraag geen antwoord geven behalve dan dat hij gelooft en vertrouwen heeft. Hij verontschuldigt zich. Carlo en ik vullen aan of toe. Als ik hem vraag of het zou kunnen zijn dat het bewonderen van de natuur en het contact met mensen goed is voor mij zelf dan bevestigt hij dat dit een antwoord zou kunnen zijn. Bewonderen van schoonheid, je bewust worden van schoonheid is goed voor jezelf. Ik ben blij dat ik opnieuw voor een hostel heb gekozen. Op mijn hotelkamer had ik dit niet gevonden. Ik zit met drie bijzondere mensen om tafel als het verkeer verstomt en de zee het overneemt. Ik vind het mooi.

De Koreaanse vrouw verontschuldigt zich voor haar vragen. Ik vind haar extreem alert, op elk woord of redenatie. Ze dwingt me om mijn woorden wijs te kiezen en te luisteren.

Ik denk dat het een kwestie van definitie of invulling is. Schoonheid zie ik genoeg. Net zo veel als vuiligheid maar zonder het een bestaat het ander niet. Volgens mij*. Zoals ik het mooie bewonder mag ik ook het lelijke verafschuwen en proberen te voorkomen.

Wat is god? Wat is de zin? Wat wil jij, Remo?

Ik spreek na met Carlo, 37 jaar, veterinario – dierensarts. ‘We all want to eat.’ En we kiezen wat we eten. Gave vergelijking. Het is laat en we gaan slapen. Niemand snurkt. Ik hoor de golven Fckng A.* De Italianen gebruiken het zinnetje ‘secondo me‘. Is dat afgeleid van second, tweede? Is dan mijn volgens mij, secondo me, de tweede mogelijkheid? Dat zou gaaf zijn. Wat is dan de eerste mogelijkheid?

Eten, we willen allemaal eten. Een zinnetje in een boek van Grunberg ‘zij begrijpt de kunst van hongerig houden.’ als hij het heeft over de moeder van de hoofdpersonen. Je moet ze hongerig houden. Net voldoende geven maar niet te veel en niet te weinig. Iets in die geest.

De volgende dag ga ik met Carlo ontbijten. Daarna rijdt hij door richting Catania.

28 september
Rana bollente, de gekookte kikker. Het verkeer neemt langzaam toe en overstemt de zee. De zon komt binnen via de louvredeuren. Carlo is al opgestaan. Ik schrijf een beetje van me af en klim ook uit het stapelbed. Hij wil gaan ontbijten. Ik ga mee. Hij vertelt me meer.

Hij is dierenarts maar kon de mensen niet verdragen, de manier waarop ze hun dieren behandelden. Hij heeft nee gezegd tegen dat werk. Ik vertel hem over een vriend die het zelfde had en liever op de vrachtwagen reed dan in de slangenkuil te draaien. We ontbijten samen, un cappuccino e un cornetto.

Hij vertelt en vertelt en komt met een voorbeeld. ‘We zijn gekookte kikkers.’ Dit is zijn mening over de Italiaan. Als je een kikker in het kokende water gooit dan springt hij eruit. Leg je hem in koud water en voer je langzaam de temperatuur op dan kun je hem koken. Het is triest om te horen dat hij zijn volk zo ziet. Echter, het zijn niet alleen de Italianen die zich langzaam laten koken, het is de hele wereldbevolking. We wisselen telefoonnummers uit. Hij woont in regio Abruzzo. Zo grappig, ik was daar zondag. Als ik hulp nodig heb moet ik hem bellen.

Ik werk vanuit de schaduw in een tuintje dat hoort bij het hostel. Aan het eind van de middag heb ik afgesproken met Markus en Vladimir, we lopen samen naar het hoogste . NSPeet, Rana, lol. NNSOp de achtergrond, helemaal achterin, de plek waar ik dat bord ‘Spaghetti del Mare’ wil eten. https://www.youtube.com/watch?v=MkpEqtJY4QIMooie film, visueel, muziek, emotioneel. Als er, alles bij elkaar, 1.000 woorden worden gesproken dan is het veel.

30 september
Ciao Taormina. Vandaag moest ik naar het laboratorium om de zoveelste test af te laten nemen. Ik stond om 7 voor de deur om wachtrijen te voorkomen. Volledige registratie, een uur verder en opnieuw 15 euro armer.

Buiten spreek ik een stereotype Siciliaan die, met mij, volledig uit zijn dak gaat. Hij heeft zich laten injecteren en om naar het ziekenhuis te gaan moet hij alsnog een test afnemen. 10 minuten later loop ik een supermarkt binnen. Ik zie dat de eigenaresse gestrest is. Ik luister. Ze moet familie inschakelen om haar dochtertje van vijf te laten testen om naar school te kunnen. Ze gaat uit haar plaat.

Ik heb een afspraak met Guiseppe die mij naar de Etna brengt en als gids fungeert. Ik had geen zin om met het OV te reizen en het zelf uit te zoeken. In het busje tref ik Luigi en Marianna uit Napoli. We trekken onze maskers af en maken contact. We verbinden. Ik kan uitstekend met ze, het ratelt, 100 woorden per minuut, in het Italiaans, door de bus. Het gaat over de vulkaan, en nog zo veel meer.

Vanwege de bewolking maken we een tocht door de lavavelden en deelkraters. De Etna is een vulkaangebied dus niet zo zeer een stereotype vulkaan met slechts één krater maar heel veel kraters. Bovendien is de Etna zeer actief en verandert het terrein het hele jaar door. En ’s winters kun je er zelfs skiën.

We ronden de tocht af met een heerlijke pranszo e vino in een wijngaard waarna we enkele kilometers verderop een canyon induiken. Als ik door het water de canyon in loop begint het hard te regenen en hoor ik het onweren. Ik besluit te schuilen onder een rots, niemand nog te zien. Ik geniet van het natuurgeweld ondanks dat ik me niet heel erg zeker voel onder deze omstandigheden. Enkele minuten later komen een aantal gidsen terug vanuit de canyon en ze zeggen dat ik het terrein moet verlaten vanwege eventueel vallend gesteente. Klinkt plausibel. Ik volg. Het zou me maar gebeuren.

Luigi vertelt me dat de mensen in Napels en op Sicilië het meest hartelijk zijn en volledig ongevaarlijk. Hij drukt me meerdere keren op het hart dat ik met Petra moet komen om bij hem te slapen. Dan laat hij me alle mooie plekken zien. Heerlijk. Hij doet me denken aan Carlo ruim 10 geleden, ook toen, meteen bam! Ik voel me zo ontzettend thuis bij deze energieke, openhartige mensen.

Guiseppe vertelt over de Etna, dat het feitelijk een heel ongevaarlijke vulkaan is omdat hij voortdurend aflaat, en niet, zoals de meeste vulkanen, verzamelt en verzamelt, tot dat het knalt. Daarom laat ik af. Als we bij de wijngaard weglopen laat Luigi mij een video zien hoe enkele Sicilianen een bestuurder in zijn auto overvallen met het geweer in de hand, vanwege een horloge. De Napolitanen en Sicilianen zijn zeer hartelijk maar, aldus Luigi, draag geen Rolex in het openbaar. Va bene, lo lascia a casa Luigi.

Vandaag was mijn laatste dag op Sicilië. Ik heb dat gedaan waarvoor ik kwam, een bordje Spaghetti del Mare a La Scogliera, en vrienden maken; Markus, Carlo, Luigi e Marianna.

Vanavond slaap ik in en mag ik wakker worden met het geluid van zee, door open deuren. Dat is toch wel heel erg luxe, dit hostelletje in Taormina Gardina Naxos. Grazie, Sylvia e Francesco. Tremendo.

1 oktober
De luidspreker spreekt: ‘Siamo in Messina Centrale.’ De trein wordt opgesplitst en gaat in twee delen de boot op. Ik moet denken aan dat mooie station in Taormina Giardini waar je alleen maar mooie foto’s kunt maken. Eigenlijk zou elk station – zo’n symbolische plek – het verdienen om schoonheid te hebben. Ik sprak me vaak uit over de schoonheid in Duitsland, Griekenland en Italië. Nederland springt niet zo in het oog. Maar als ik goed kijk dan zie ik wel. Het mooie water, de fantastische bruggen, Gio, Luca en Petra en en, en Liv, ik verheug me haar te zien.

‘Mis je ze niet?’

Een vraag die ik me zelf vaak stel en natuurlijk door eenieder die ik spreek of schrijf. Mis je ze niet? Nee, ik mis ze niet want ik ben niet weg. Moeilijk uit te leggen.

3 oktober
Allianz für’s Leben. Ik wilde mijn trip eindigen zoals ik begon, hoog, op de top van een berg. Als ik zondagavond laat in Garmisch aankom heb ik er geen zin meer in. Te druk, te lang gereden, moe. Ik wil naar huis en rijd door, de file in. Ik word München doorgestuurd als ik opeens het stadion van Bayern zie. Ook mooi. Ook goed als alternatief voor ‘op de berg.’

Toen ik een week of 7 geleden op de Demeljoch stond wees Peter hem aan, de arena, daar in de verte. Bewust. Nu rijd ik, onderlangs. Ook goed.

Ik ben moe van de lange weg, geen Autostrade maar alles provinciaal, de Brennerpas. Ik wil wel door maar kan het niet. Even boven München rijd ik de weg af, een weiland op en smijt mijn slaapsysteem naast de auto in het gras. Even voor 2 word ik wakker om verder te rijden.

Ik moet denken aan dat stadion, de idiote naam: Allianz Arena. Als er ergens geen sprake is van Allianz, dan wel in een Arena. Nee, in de arena wordt oorlog gevoerd net als op het wereldtoneel. Petra belde overdag terwijl ik net een podcast luister via NPO2 met Wim van ’t Hof over ons immuunsysteem. Ze vindt het zwaar en kan niet zo goed overweg met dat wat speelt. Zij houdt van harmonie. Ik vertel haar dat ze de dialoog niet aan hoeft te gaan.

Ik voer graag een discussie maar houd niet van aanhoudend conflict echter als de dirigent het niet meer weet moeten de trommels het overnemen. Ik heb deze weken met heel veel mensen gesproken. Op een enkeling na allemaal mensen die klaar waren met het beleid, mensen die lijden. Regelmatig krijg ik de vraag: “Wat kan ik doen?” Ik weet het niet. In ieder geval onderzoeken, proberen te begrijpen en je stem laten horen of van je afschrijven, demonstreren, maar, in ieder geval, geen gehoor geven aan dit gedrocht!

Zaterdagavond werd ik gebeld door een oud collega, een vriend. Of ik mee wil helpen met de verkoop van een C19 test cabine. Zeer hoge verdiensten. Je gaat erin staan en dan mag je hard schreeuwen. Binnen enkele seconden krijg je een 94,6% accurate uitslag t.a.v. je virale status.
Ik zie het voor me, arme mensen, schreeuwend in een RVS cleanroom. Schreeuwend, van de pijn. Ik kan er heel veel geld mee verdienen, heel erg veel, maar heb er absoluut geen zin in. Dat beeld, een schreeuwend kind in een cabine, ik kan dat niet aan. Horror. Fuck the bonus. Sorry Cees.

4 oktober
Het is 05:05, ergens kort voor Frankfurt. Ik wil koffie. Als ik de foto van de Allianz Arena bekijk dan zie ik een python, een wurgslang. Ja, Wer sich Allianz Versicherd, eine Allianz fürs Leben; laat me niet lachen.

NS
Het is, 13 oktober. Ik heb koude handen.

Er zitten zoveel woorden in mij. Nee, niet woorden, gevoelens, gedachten, ideeën, zeeën vol ideeën, verbanden, verbindingen. Zo veel, ik moet, ik kan niet anders dan van mij afschrijven, aflaten.
Gisteravond sinds lange tijd gitaar gespeeld, de oefeningen die Joey mij geeft. Vanavond voor het eerst weer les. Zweten omdat het mijn volledige aandacht eist. Aandacht waarbij ik, in gedachten, nergens anders kan zijn. Niet denken.

Er moet nog iets zijn? Nog een manier?